Je bent een starter op de woningmarkt, dat wil zeggen: ongeveer tussen de 25 en 32, een jaar of drie aan het werk én je zou eigenlijk wel een huis willen kopen. Heb je dan nog een kansje of is dat eigenlijk niet te doen?
Als starter heb je het niet gemakkelijk op de woningmarkt, maar wat is er precies aan de hand? Daar deed het bureau IG&H goed onderzoek naar. In 2012 kon nog 29 procent van de alleenstaande starters een gemiddelde starterswoning financieren terwijl dat percentage in 2017 was gezakt tot 16 procent en de verwachting is dat dit percentage dit jaar zal dalen tot 13 procent. De oorzaken zijn duidelijk; de leennormen werden aangescherpt en de huizenprijzen stegen. Natuurlijk is het noodzakelijk om deze disbalans te verhelpen. Zo klinken er geluiden voor een ouder-kindregeling waarbij onder gunstige voorwaarden geld geleend kan worden, helpt het bouwen van extra starterswoningen natuurlijk enorm en zouden banken iets minder naar het verleden van de starters kunnen kijken, maar ook naar de toekomst.
Maar wat kan je als starter op de arbeidsmarkt eigenlijk zelf doen? Stel dat je inderdaad nu een jaar of 28, 29 bent en je werkt net vier jaar na een studie…marketingcommunicatie. Welke instrumenten heb je dan in handen om je kansen te vergroten?
1. Zoek een leuke vriend of vriendin
Natuurlijk, hele dagen samen praten over je dromen in het leven, op vakantie gaan naar Parijs, maar de liefde heeft ook praktische voordelen. Volgens het CBS hebben we in Nederland bijna 3 miljoen alleenstaanden en de verwachting is dat dit er in 2047 3,6 miljoen zijn. Volgens datzelfde CBS ligt de nadruk in onze twenties meer dan vroeger op werken en het – daar komt-ie – ‘opdoen van ervaringen’. Waarom zo moeilijk denken? Ja, het is iets prettiger zoeken op Funda als je niet voor 150, maar voor 300.000 euro kan kijken. De gemiddelde starterswoning kost 272.000 euro. Dus kom op jongeren; ga de kroeg in en vind de liefde van je leven. Oh ja, de openingszin ‘wil je een huis met me kopen’ lijkt niet de beste optie.
2. Kijk je familie lief aan
Uit onderzoek van hypotheekadviseur Viisi blijkt dat 47 procent van de starters momenteel hulp krijgt van familie om een eerste huis te bekostigen. Op die manier heb je zelf als starter meer mogelijkheden om iets leuks te kopen terwijl je ouders een aardige investering doen die wat rendement kan opleveren. Het is wel belangrijk dat je alles goed regelt. Je kunt bijvoorbeeld het beste naar de notaris stappen om de lening te laten vastleggen en je moet natuurlijk als ouder een beetje in de gaten houden dat je geen kinderen bevoordeelt. Een handig extra tipje is misschien dat ouders het ongetwijfeld relaxed vinden als je een beetje voorwerk voor ze doet; dus zoek alles even goed uit op internet en kom met een concreet voorstel. Oh ja, het heeft ook wel iets oneerlijks dat kinderen met rijke ouders meer kansen hebben op de woningmarkt, maar zo is het leven natuurlijk.
3. Denk buiten de gebaande paden
Als je een rondje zou bellen met realistische makelaars dan pleiten ze ongetwijfeld voor realisme. Starters hebben een ideaalplaatje in hun hoofd van hun eerste huis en soms is het best handig om dat een beetje los te laten. Wij kochten ons eerste huis toen ik 29 was. We begonnen enthousiast qua wensen; het liefst iets in Witte Vrouwen, niet teveel onderhoud en met minimaal twee slaapkamers. En een tuintje zou leuk zijn. Veel succes, zei de makelaar direct. Kort daarna werden we realistischer; vonden we Lombok een goede optie en leek dat kleine wijkje achter het station ook prima. Wat heb je eigenlijk nodig als je 29 bent? Je schrikt toch niet zo snel van een verzameling studenten of een clubje hangjongeren bij elkaar? Of misschien ben je een heel ander type; ga je je prima vermaken in die nieuwbouwwijk aan de rand van de stad. De metro of de bus naar de binnenstad is toch zo gepakt?
Het allerbelangrijkste is natuurlijk dat je te weten komt wát je precies kan lenen.
Vraag gratis hypotheekgesprek aan
4. Regel een starterslening
In een aantal gemeenten kom je als starter in aanmerking voor een starterslening; hiermee kun je het verschil financieren tussen de kosten van de woning en je hypotheekcapaciteit. Vooral buiten de Randstad worden daardoor wat grotere woningen haalbaar. Je betaalt hiervoor in de eerste drie jaar geen maandlasten. Zonde eigenlijk dat je deze regeling niet in elke gemeente hebt.
5. Huren
Een sociale huurwoning mag maximaal 710 euro kosten. Als je zo slim was om je al op jonge leeftijd in te schrijven bij de gemeente (en je jaarinkomen lager is dan 36.798 euro) dan kan je relatief gemakkelijk huren. Maar ja, de prijzen in de vrije sector lopen wel op. Gemiddeld betaal je daar 1031 euro en bovendien geldt meestal de norm dat je vier keer de huur moet verdienen.
Conclusie: Ga de barricades op
Kom op jongeren, het wordt ook wel eens tijd voor actie. You gotta fight for your right to…een goede woning. Want het bovenstaande is wel allemaal leuk en aardig natuurlijk, maar het zijn de banken, hypotheekverstrekkers en de overheid die echt iets kunnen doen aan de woningtekorten voor jongeren. Dus trek naar het Malieveld en roep om meer woningen en betere startersregelingen. Want het enige dat starters echt helpt volgens hoogleraar woningmarkt Peter Boelhouwer is bijbouwen. En als dat niet werkt, is het een kwestie van dit stappenplan volgen. Ga naar de kroeg en regel een leuke vriendin, bel daarna met je ouders of opa en vertel ze je plan en kijk eens iets meer om je heen dan alleen naar het saaie Witte Vrouwen (de enige wijk die vernoemd is naar het publiek dat er woont, zei Ronald Giphart al) en ga het regelen!
Wil jij net als 17.000 andere slimme verkopers ook op de hoogte blijven van nieuws in de huizenmarkt?
Ja, ik ontvang graag tips en nieuws
Op de hoogte blijven en interessante tips ontvangen? Volg ons!
